SCWF instellen deployment

Introductie

Het is mogelijk binnen SCWF om een stroom op te zetten van ontwikkeling tot aan productie.

Afhankelijk van de omgeving binnen uw organisatie kan het handig zijn om dit te gebruiken. Dit zorgt ervoor dat er onderscheid is tussen een test- en productie omgeving.

Ook kunnen wijzigingen op deze manier worden vergeleken.

Instellen

Het instellen kan via het tabblad "Project" en vervolgens het menuitem "Settings".

Vervolgens het tabje "Deployment settings" 

Hier dient vervolgens een (Windows-netwerk)map te worden ingesteld. In dit voorbeeld zijn de gegevens reeds ingevuld.
Dit moet apart worden ingevuld per deployment omgeving:

Het is ten zeerste aan te raden om voor elke deployment target een lijst met uitzonderingen te maken. Deze zullen dan niet worden ge-deployed.
Dit is ook weer afzonderlijk van elke deployment.

Binnen een project

Binnen een project kan vervolgens de workflow worden voortgezet, bijvoorbeeld na het testen:

Er kan vervolgens ook worden gekozen of een test geslaagd is of gefaald is. Mocht de test gefaald zijn, kan de status weer terug naar "Development".

Deze bestanden worden ook verplaatst naar het correcte mapje binnen de (netwerk)map en gemarkeerd binnen SCWF.

Ook worden op deze manier automatisch versies bijgehouden en inzichtelijk gemaakt. (in te zien middels rechtermuisknop op een bestand -> History)
Binnen TriplEforms is vervolgens ook inzichtelijk (na het kiezen van SCWF als bron) in welke fase de bestanden zich bevinden.

Meer informatie over deployment omgevingen is beschikbaar op Wikipedia (in het Engels)